
19. Evacuatie
De bombardementen op Hoek van Holland namen met de dag in hevigheid toe. Op 13 mei (na het vertrek van de Koningin en de regering) was de situatie zo ernstig dat de hoogste ambtenaar in Hoek van Holland de totale bevolking liet evacueren.
1ste zware bombardement (13 mei: 19 uur)
De beschietingen vanuit de lucht werden al verhevigd tijdens het vertrek van de ministers. Op zee wist het geschut van de Britse torpedoboten de Duitse vliegtuigen te verjagen, maar boven het dorp verschenen er om 19 uur vier bommenwerpers voor een zwaar bombardement. Ze vlogen twee keer laag over, wierpen hun bommen af op militaire objecten en op de Harwichkade. Verder mitrailleerden zij de straten.
2de zware bombardement (13 mei: 20 uur)
Een uur later (om 20 uur) volgde er een tweede bombardement. Er vielen bommen op de commandopost in het RVS-kamp aan de Langeweg. En verder bij de Berghaven, waar een aantal marineschepen lag. Een half uur later werd het gebied tussen Vianda en het Fort aangevallen. De bevolking zocht dekking in kelders en kasten, veel woningen werden beschadigd. Bij deze aanvallen werden zeven leden van de Guards gedood. Ze zijn later begraven op het kerkhof in Hoek van Holland.
Evacuatie deel 1
Na het tweede bombardement besloot de hoogste ambtenaar van Hoek van Holland om nog die avond een deel van de bevolking te evacueren. Hij nam die beslissing samen met de inspecteur van politie. Hij deed dit namens de burgemeester van Rotterdam (onder die gemeente valt Hoek van Holland). Het ging om 800 mensen, de bewoners van de Oude Hoek en de Pannenbuurt. De leiding was in handen van de inspecteur van politie. Huis aan huis werden de bewoners gewaarschuwd. Om 23 uur, toen het luchtalarm 'sein veilig' gaf, zette de trieste stoet zich in beweging. Om 24 uur kwamen de evacués aan bij de Dorpskerk van 's Gravenzande. Daar waren ambtenaren aanwezig om de gevluchte Hoekenezen onder te brengen bij 's Gravenzanders die hun huis daarvoor beschikbaar stelden. Om 5.30 uur die nacht had iedereen een plekje.
Weer zwaar bombardement (14 mei: 10 uur)
Die nacht bleef het verder betrekkelijk rustig, maar om 10 uur verschenen er weer bommenwerpers. Ze wierpen brisantbommen en mitrailleerden de straten. Het station, diverse loodsen langs de Waterweg en het RVS-kamp werden geraakt. Hoofddoel was het hoofdkwartier van de Britten en de Nederlanders in Hotel America. De bommen vielen in de 1ste Scheepvaartstraat, de Rietdijkstraat en de Prins Hendrikstraat. O.a. hotel Amerika, de sigarenwinkel van Zwartveld (waar nu de schoenenzaak van Van Reenen zit) en de Hervormde kerk werden zwaar beschadigd. Verschillende huizen vlogen in brand. Het Britse geschut deed wat het kon om de bommenwerpers te verjagen, maar ze bleven komen. Onder de bevolking en het leger vielen slachtoffers.
Evacuatie deel 2
Er was al besloten ook de rest van de bevolking te evacueren. Om half tien stond men klaar met fietsen, kinderwagens en handkarren. En toen klonk plotseling op 10 uur het luchtalarm. Bij het bombardement kwamen behalve een aantal militairen ook Hoekenezen om. Moeder en dochter Van der Sluys bijvoorbeeld (in het portiek van Zwartveld), Piet en Freek van Ooyen en Rinus Bijl (het broertje van Visboer Louw Bijl). Toen het sein veilig klonk gingen de evacués op weg. Ze trokken langs de beschadigde en brandende gebouwen en hoorden onderweg over de slachtoffers. Toen de eerste vluchtelingen op de Langeweg liepen, werden zij vanuit de lucht beschoten door Duitse vliegtuigen. Drie burgers werden gedood door kogels en rondvliegende glasscherven. De gewonden werden afgevoerd naar het noodhospitaal aan de 's Gravenzandseweg, op het huidige terrein van de Lindenhof. De tocht ging verder richting 's Gravenzande. Langs de Zeestraat in 's-Gravenzande boden bezorgde inwoners met emmers water de vluchtelingen wat verfrissing. Op het Marktplein in 's Gravenzande stonden open vrachtwagens klaar om de Hoekenezen (zo'n 2.200) naar de veiling in Naaldwijk te brengen. Daarvandaan werden ze ondergebracht in gastgezinnen in Honselersdijk en Naaldwijk.
De bombardementen op Hoek van Holland namen met de dag in hevigheid toe. Op 13 mei (na het vertrek van de Koningin en de regering) was de situatie zo ernstig dat de hoogste ambtenaar in Hoek van Holland de totale bevolking liet evacueren.
1ste zware bombardement (13 mei: 19 uur)
De beschietingen vanuit de lucht werden al verhevigd tijdens het vertrek van de ministers. Op zee wist het geschut van de Britse torpedoboten de Duitse vliegtuigen te verjagen, maar boven het dorp verschenen er om 19 uur vier bommenwerpers voor een zwaar bombardement. Ze vlogen twee keer laag over, wierpen hun bommen af op militaire objecten en op de Harwichkade. Verder mitrailleerden zij de straten.
2de zware bombardement (13 mei: 20 uur)
Een uur later (om 20 uur) volgde er een tweede bombardement. Er vielen bommen op de commandopost in het RVS-kamp aan de Langeweg. En verder bij de Berghaven, waar een aantal marineschepen lag. Een half uur later werd het gebied tussen Vianda en het Fort aangevallen. De bevolking zocht dekking in kelders en kasten, veel woningen werden beschadigd. Bij deze aanvallen werden zeven leden van de Guards gedood. Ze zijn later begraven op het kerkhof in Hoek van Holland.
Evacuatie deel 1
Na het tweede bombardement besloot de hoogste ambtenaar van Hoek van Holland om nog die avond een deel van de bevolking te evacueren. Hij nam die beslissing samen met de inspecteur van politie. Hij deed dit namens de burgemeester van Rotterdam (onder die gemeente valt Hoek van Holland). Het ging om 800 mensen, de bewoners van de Oude Hoek en de Pannenbuurt. De leiding was in handen van de inspecteur van politie. Huis aan huis werden de bewoners gewaarschuwd. Om 23 uur, toen het luchtalarm 'sein veilig' gaf, zette de trieste stoet zich in beweging. Om 24 uur kwamen de evacués aan bij de Dorpskerk van 's Gravenzande. Daar waren ambtenaren aanwezig om de gevluchte Hoekenezen onder te brengen bij 's Gravenzanders die hun huis daarvoor beschikbaar stelden. Om 5.30 uur die nacht had iedereen een plekje.
Weer zwaar bombardement (14 mei: 10 uur)
Die nacht bleef het verder betrekkelijk rustig, maar om 10 uur verschenen er weer bommenwerpers. Ze wierpen brisantbommen en mitrailleerden de straten. Het station, diverse loodsen langs de Waterweg en het RVS-kamp werden geraakt. Hoofddoel was het hoofdkwartier van de Britten en de Nederlanders in Hotel America. De bommen vielen in de 1ste Scheepvaartstraat, de Rietdijkstraat en de Prins Hendrikstraat. O.a. hotel Amerika, de sigarenwinkel van Zwartveld (waar nu de schoenenzaak van Van Reenen zit) en de Hervormde kerk werden zwaar beschadigd. Verschillende huizen vlogen in brand. Het Britse geschut deed wat het kon om de bommenwerpers te verjagen, maar ze bleven komen. Onder de bevolking en het leger vielen slachtoffers.
Evacuatie deel 2
Er was al besloten ook de rest van de bevolking te evacueren. Om half tien stond men klaar met fietsen, kinderwagens en handkarren. En toen klonk plotseling op 10 uur het luchtalarm. Bij het bombardement kwamen behalve een aantal militairen ook Hoekenezen om. Moeder en dochter Van der Sluys bijvoorbeeld (in het portiek van Zwartveld), Piet en Freek van Ooyen en Rinus Bijl (het broertje van Visboer Louw Bijl). Toen het sein veilig klonk gingen de evacués op weg. Ze trokken langs de beschadigde en brandende gebouwen en hoorden onderweg over de slachtoffers. Toen de eerste vluchtelingen op de Langeweg liepen, werden zij vanuit de lucht beschoten door Duitse vliegtuigen. Drie burgers werden gedood door kogels en rondvliegende glasscherven. De gewonden werden afgevoerd naar het noodhospitaal aan de 's Gravenzandseweg, op het huidige terrein van de Lindenhof. De tocht ging verder richting 's Gravenzande. Langs de Zeestraat in 's-Gravenzande boden bezorgde inwoners met emmers water de vluchtelingen wat verfrissing. Op het Marktplein in 's Gravenzande stonden open vrachtwagens klaar om de Hoekenezen (zo'n 2.200) naar de veiling in Naaldwijk te brengen. Daarvandaan werden ze ondergebracht in gastgezinnen in Honselersdijk en Naaldwijk.